Wijnen van de druivensoort Müller-Thurgau van Eger
Ontdek de beste wijnen gemaakt met het druivenras Müller-Thurgau als enkel ras of als blend van Eger.
Müller-Thurgau toont het karakter van zijn adellijke afkomst. Deze Zwitserse witte druivensoort is een kruising tussen de koninklijke madeleine en de riesling. Het idee dat de laatste werd gekruist met de Sylvaner is irrelevant. Het ras is te herkennen aan zijn krachtige karakter en zijn halfrechte groeiwijze. De plant verkiest een rijke bodem en wordt kort gesnoeid, zodat de bloemknoppen vrij vroeg opengaan. De knoppen zijn katoenachtig en zachtgroen van kleur. Aan het licht gebosseerde en getorste blad, met 5 tot 7 lobben, kan men de volwassen bladeren onderscheiden. De trossen zijn compact, piramidaal of cilindrisch van vorm en klein tot middelgroot van omvang. De smaak van de Müller-Turgau bessen doet denken aan Muscat. Het sappige, knapperige vruchtvlees komt tevoorschijn onder een grijsachtige schil. Wanneer de vrucht rijp is, heeft ze een gevlekte schil op een goudgele achtergrond. Zwitserland geeft er de voorkeur aan het sap uit deze variëteit te extraheren. De resulterende wijn is nogal zwaar en niet goed houdbaar.
Eger, in het noordoosten van Hongarije, is een wijngebied dat vooral bekend is om zijn Egri Bikavér wijn, in de volksmond bekend als "Stierenbloed". Terwijl de zoete witte Tokaji de beroemdste wijn van Hongarije blijft, is Bikavér (stierenbloed) zeker de beroemdste rode wijn van het land. Deze stijl - een complex mengsel van verschillende druiven met een donkere schil - werd voor het eerst gemaakt aan het eind van de 19e eeuw in Szekszard (200 kilometer/130 mijl ten zuidwesten van Eger). Het kreeg internationale bekendheid in de jaren 1970, toen het staatsbedrijf Egervin de productie van deze stijl monopoliseerde en het met succes promootte op de exportmarkten.