Portugal heeft de afgelopen twee decennia een soort wijnrevolutie doorgemaakt, waarbij de wijnbouwtechnologieën, -stijlen en -attitudes zijn gemoderniseerd. Dit oerland van de Oude Wereld is al lang beroemd om zijn versterkte wijnen (Port en Madeira) en zijn lichte, pittige Vinho Verde. Maar het trekt nu veel aandacht voor zijn nieuwe golf van rijke, rijpe tafelwijnen, vooral de rode wijnen uit de Dourovallei. De plaats van Portugal in de wijnwereld is waarschijnlijk meer te danken aan zijn kurkproductie dan aan zijn wijn, maar dat hangt grotendeels af van de periode in de geschiedenis die je kiest.
In de 18e eeuw, toen de bevoorrading van Engeland met Franse wijn werd bedreigd door verslechterende internationale betrekkingen, bleek de Portugese wijngaard meer dan geschikt om het gat te vullen. Pas in de 20e eeuw, toen de internationale vraag naar Portugese wijnen tot bijna nul was gedaald, nam Portugal het voortouw in de wereldproductie van kurk. In de 21e eeuw heeft de Portugese kurkindustrie het moeilijk (door de toenemende populariteit van plastic kurken en metalen schroefdoppen), maar de wijnen van het land zitten weer in de lift, aangevoerd door de droge rode wijnen uit de Douro en de Dao. De vele druivensoorten in Portugal en hun ontelbare regionale synoniemen zijn de ergernis van ampelografen.